De groep Roton: een lange industriële geschiedenis

In 1804 verleende Napoleon een concessie voor exploitatie aan de Société Anonyme des Charbonnages-Réunis de Roton-Farciennes et Oignies-Aiseau.

De winningsputten bevonden zich ten noorden van Farciennes, terwijl de sorteer- en wasinstallaties zich zo'n 3 km zuidelijker bevonden. Beide sites waren met elkaar verbonden via een keten van wagons ('traînage') die het materiaal uit de mijn naar de site brachten waar het antraciet werd verwerkt, en daarna de schist terug naar de terril brachten.

ancien site charb-1.jpg
ancien site charb-0.jpg

Roton was de grootste Belgische producent van antraciet A, dat overal in Europa bekendstond om zijn topkwaliteit.

De dagelijkse productie piekte in de jaren 1970 met 2.500 ton en er werkten maar liefst 3.000 mensen op de twee sites.

Maar in de jaren 1980 werd de markt overspoeld door goedkope steenkool uit Oost-Europa en China, wat de genadeslag was voor de mijnbouw in Roton. Het was de laatste Waalse steenkoolmijn die de deuren sloot, op 28 september 1984.

De sorteer- en wasinstallatie en de sinterfabriek (steenkoolbollen) bleven open tot 2000 en 2010 dankzij de import van buitenlandse steenkool.

ancien site charb-5.jpg
ancien site charb-2.jpg
ancien site charb-6.jpg

Jaren 90: tijd voor een strategische keuze

Gezien de lokale expertise in het zeven, fijnmalen en drogen van mineralen lag de keuze voor de regio Charleroi voor de hand.

De industriële vestiging in Roton, niet ver van de N90 Charleroi-Namen en gelegen aan de oevers van de Samber, was en blijft een grote troef.

20230126_hall stock BB.jpg
20230117_vue aérienne sécheur.jpg

Zo onderging Roton een transformatie door zijn technieken te perfectioneren en toe te passen op materialen die nog steeds mineraal zijn, maar een hogere toegevoegde waarde hebben.

Meer weten?